Rijksarchief in België

Ons collectief geheugen !

FR | NL | DE | EN
Menu

80 meter archief van de provinciale studiebeurscommissie Henegouwen

Texte petit  Texte normal  Texte grand
22/03/2023 - Onderzoek - Inventarisatie - Publicaties - Rijksarchief te Bergen

Stichtingen kunnen studenten een financieel duwtje in de rug geven voor het bekostigen van hun studies. Dit is een lange filantropische traditie. Sommige van die stichtingen gaan terug tot de 16de eeuw, zoals blijkt uit een archiefbestand dat recent ontsloten werd in het Rijksarchief Bergen. De 80 strekkende meter archief over het beheer van studiebeurzen van de 16de eeuw tot heden is van groot belang voor de geschiedenis van gender, onderwijs en familieleven op provinciaal en lokaal niveau. Naast informatie over de stichtingen en hun begunstigden bevat het archief onder meer talrijke genealogische notities en schetsen.

Volgens de wet van 19 december 1864 over stichtingen ten voordele van het openbaar onderwijs en van beursstudenten hebben negen commissies (één per provincie) de exclusieve bevoegdheid om studiebeursstichtingen te aanvaarden en te managen, in functie van hun effectieve doel: schenkingen doen voor de opleiding van beursstudenten.  

Die commissies zijn onafhankelijke organismen met rechtspersoonlijkheid die soeverein instaan voor het beheer van de stichtingen. Ze moeten zich daarbij evenwel houden aan de wensen van de stichters. De commissies hebben het monopolie over de uitoefening van die opdracht (artikel 18 e.v. van de wet van 19 december 1864, bevestigd door de wet van 14 februari 1986 en door de rechtspraak). De stichtingen voor studiebeurzen zijn instellingen van publiek recht die worden gevormd bij schenking of testament. De renten op het kapitaal zijn bestemd voor het toekennen van studiebeurzen. De stichtingen vallen onder een administratieve voogdij.

In Henegouwen

De provinciale commissie voor de stichting van studiebeurzen van Henegouwen werd opgericht in 1865. Maar ze verzamelde en beheerde ook het archief van de stichtingen die vanaf de 16de eeuw waren ingesteld door geestelijken, priesters, kanunniken; de kapittels van Kamerijk, Edingen, Leuze, Bergen, Zinnik; en de kathedraal van Doornik.

De stichtingen wilden jongens en meisjes uit de familie van de stichter – of bij ontstentenis uit bescheiden families van diens geboortedorp – in staat stellen hun studies voort te zetten. Soms moesten de begunstigden voldoen aan bepaalde voorwaarden, zoals bijvoorbeeld koorknaap zijn in de kathedraal van Doornik.  

De financieringen zijn bestemd voor basisonderwijs, klassieke humaniora, beroepsopleiding of studies aan één van de faculteiten van de universiteit van Leuven (godsgeleerdheid, wijsbegeerte, rechten, geneeskunde).

Tijdens het ancien régime werden de stichtingen beheerd door bestuurders en schenkers die lid waren van de familie in kwestie en door plaatselijke notabelen zoals de burgemeester, de schepenen, de parochiepriester en de leden van de kerkfabriek. De begunstigde van een beurs moest kunnen aantonen dat hij of zij voldeed aan de toekenningsvoorwaarden die door de stichter waren bepaald, door bewijs voor te leggen van verwantschap of van geografische afkomst. Zo wordt dit archief ook interessant voor Henegouwse familiegeschiedenis. Het bevat namelijk heel wat genealogische steekkaarten en schetsen.

Voor elke stichting wordt een onderscheid gemaakt tussen de documenten over het beheer van studiebeurzen en de benoeming van beheerders enerzijds, en de stukken over het beheer van de goederen en inkomsten waarmee de stichting gefinancierd werd anderzijds. De talrijke stukken uit het ancien régime maken dit archief ideaal voor heemkundige studies, zeker omdat veel historische kennis over de provincie Henegouwen verloren is gegaan door het bombardement op het Rijksarchief Bergen in 1940.  

Stichtingen voor meisjes  

Wie in dit archief de genderverschillen in onderwijsniveau onder de loep neemt, kan niet om de vaststelling heen dat de beursstichtingen voor meisjes minder talrijk waren en dat deze beurzen niet dienden om universitaire studies of klassieke humaniora te financieren. Dit illustreert de "mannelijke dominantie" (om de uitdrukking van Pierre Bourdieu te gebruiken) die onbetwist was in de maatschappij van het ancien régime en dat ook bleef in de 19de eeuw.

De stichting Rosalie Olivier bijvoorbeeld werd opgericht in 1841 voor de financiering van het basisonderwijs van arme jonge meisjes uit Grandrieu (nr. 2290 van de inventaris: certificaat van de onderwijzeres van de meisjesbasisschool van Grandrieu, 1897).

De studiebeursstichting Eustache en Libert de Froidmont werd in de 17de eeuw opgericht door twee broers (geestelijken) voor het financieren van de middelbare, beroeps-, technische en kunstopleiding van de mannelijke én vrouwelijke nakomelingen van hun andere broers en zussen. In 1875 kreeg Marie-Catherine Froidmont, geboren in Harcourt als “dochter van een arme weduwe” één van de Froudmont-beurzen om het vak van naaister te leren bij Gertrude Delile, een dame uit Hermée, in de provincie Luik (inventarisnr. 1509). Eustache de Froidmont (1614-1671), geboren in het Luikse, was kanunnik en deken geweest van de kathedraal van Doornik. Zijn broer Libert de Froidmont, geboren in Haccourt (Luik), was in 1663 kanunnik van de kathedraal van Doornik en vervolgens kanselier van de universiteit van Leuven, en kanunnik en deken van de Sint-Pieterskapittelkerk van Leuven. Hij overleed in 1690.

Sommige stichtingen financierden ook de uitzet van ‘huwbare’ jonge vrouwen. In 1836 vroeg Rosalie Romant, geboren in Doornik in 1814, om de bruidsschat Saint-Éleuthère, die was opgericht door de kanunnik van de kathedraal, Pierre Duchambge (1597-1673), toe te kennen aan een jongedame uit Doornik (inventarisnr. 1268).

   

Studiebeurzen gesticht door vrouwen  

Slechts enkele studiebeurzen werden opgericht door vrouwen, zoals bijvoorbeeld de stichting van de Doornikse vrouwen Marie (1616-1674), Agnès (1624-1676) en Anne (1627-1676) Manare. De drie zussen kwamen uit een patriciërsfamilie waarvan verschillende leden voorname posten bekleedden bij de clerus en de magistratuur van Doornik. Hun vader, Pierre Manare, maakte van 1614 tot 1626 deel uit van de stadsmagistratuur. Bij testament en wilsbeschikking van 17 en 20 januari 1674, en 3 december 1676 (inventarisnr. 2106) richtten de zussen Manare meisjesscholen, beurzen en kosthuizen op die werden bestuurd door de stad en de jezuïeten. Vijf studiebeurzen (als symbool voor de vijf wonden van Christus) moesten bij voorkeur gaan naar arme studenten uit de familie.  Een koninklijk besluit van 12 oktober 1865 droeg het beheer van de stichting over aan de provinciale commissie en bij koninklijk besluit van 9 maart 1870 ging het tenslotte over naar het stadsbestuur van Doornik. De stad haalde in 1870 dus haar slag thuis, maar in 1895 was het opnieuw de commissie die het toekennen van de studiebeurzen van deze stichting ging beheren.

En vandaag?

Anno 2023 is de provinciale commissie voor de stichtingen van studiebeurzen in Henegouwen nog altijd actief. Ze heeft als opdracht om minder begoede studenten financieel bij te staan zodat ze hun studies kunnen voortzetten. De beurzen die ze toekent, komen bovenop officiële tegemoetkomingen of vervangen deze indien de betrokkenen er om administratieve redenen van verstoken blijven. De lijst met beschikbare beurzen wordt ieder jaar begin april bekend gemaakt in het Belgisch Staatsblad.  

Ook vandaag nog kunnen in Henegouwen of andere provincies stichtingen voor studiebeurzen worden opgericht. Iedere schenker kan de beurzen vrijhouden voor bepaalde groepen studenten (in functie van de studie, geboorteplaats, enz.). Interesse? Neem dan contact op met de commissie.

Het archief van de provinciale commissie Henegouwen voor de oprichting van studiebeurzen (1589-2005) is raadpleegbaar in de leeszaal van het Rijksarchief Bergen, volgens de raadplegingsmodaliteiten die staan vermeld in de inventaris.  

Inventaris

Je kan de inventaris gratis online raadplegen of downloaden.

NIEBES Pierre-Jean, Inventaire des archives de la Commission provinciale des fondations de bourses d’études du Hainaut (1589-2005), reeks Inventarissen Rijksarchief te Bergen nr. 192, publicatie nr. 6362, Algemeen Rijksarchief, Brussel, 2023.

Leestips

www.belspo.be www.belgium.be e-Procurement