In 2020 werd de 100ste verjaardag gevierd van het beroep van maatschappelijk assistent in België. Voor hun opleiding moesten duizenden van hen stage lopen bij kwetsbare mensen. Hieruit zijn evenveel stageverslagen voortgekomen, die belangrijke informatie bevatten over mensen die in de geschiedenis dikwijls onzichtbaar bleven. De inventarisatie van deze stageverslagen biedt mogelijkheden om hier verandering in te brengen.
De officiële erkenning van de opleiding en het beroep van maatschappelijk assistent in België dateert van 1920. Dat jaar werden ook de eerste scholen ingericht voor diegenen die tot dan ‘sociaal helpers’ werden genoemd. Tijdens het interbellum werd de opleiding verzorgd door vijf ‘sociale scholen’. De drie eerste werden in 1920 opgericht in Brussel. In 1921 volgen de Arbeidershogeschool (Brussel) en de School voor Maatschappelijk Dienstbetoon in Antwerpen. Tussen de twee wereldoorlogen studeerden ruim 1.200 maatschappelijk assistenten af, waarvan zo’n 75 % vrouwen. Na WO II werd het studieaanbod aanzienlijk uitgebreid met de opening van meerdere scholen, zowel in Vlaanderen als in Wallonië.
Om hun diploma te behalen moesten de leerlingen van deze scholen meerdere stages lopen bij verenigingen of instellingen die instonden voor personen in moeilijkheden (liefdadigheidsinitiatieven, Commissies voor Openbare Onderstand, enz.). Het ministerie van Justitie moest een kopie bewaren van elk van de stageverslagen. Hieruit is een verzameling voortgekomen van meer dan 10.000 stageverslagen, die vandaag bewaard worden in het Algemeen Rijksarchief.
Dit archief biedt inzicht in de evolutie die het vak van maatschappelijk assistent over een periode van meer dan 50 jaar heeft doorgemaakt. Hoe werd gekeken naar hulp bieden aan kwetsbare personen en welke oplossingen werden overwogen om hen te helpen? Daarnaast is dit archief een waardevolle bron om meer te weten te komen over de moeilijke levensomstandigheden van alleenstaande moeders, vondelingen, oud-gevangenen, migranten, oorlogsslachtoffers, zieken, ouderen, personen met een beperking, ... Allemaal groepen van mensen waarvan de posities nauwkeurig werden onderzocht en gerapporteerd. De rapporten zijn des te waardevoller omdat ze vaak vergezeld gaan van statistieken, interviews en foto's.
Met de hulp van gemotiveerde studenten werden de verslagen geduldig geordend en beschreven in een inventaris (Inventaire des archives du Conseil supérieur de l'Enseignement de Service social. Rapports des assistants sociaux, 1922-1970). De inventaris – enkel uitgegeven in elektronische versie – is gratis beschikbaar via onze online zoekomgeving.
Al deze werkstukken en de enorme schat aan informatie die ze bevatten, zijn vrij raadpleegbaar in de leeszaal van het Algemeen Rijksarchief.